Praten in derde persoon

Praten in derde persoon

Valt het je weleens op dat als je een ouder hoort praten, er regelmatig gesproken wordt in derde persoon? Zinnen als ‘mama komt zo weer terug’ of ‘geef maar aan mama’ of ‘mama heeft ook een rode trui aan’.

Misschien praat je zelf ook wel zo, maar ben jij je hier bewust van? En waarom wordt er zo gesproken?

Als je bedenkt hoe het zou klinken als je zo zou praten tegen bijvoorbeeld een vriendin, dan zou het gek klinken. ‘Eline heeft thee voor je’ of  ‘Eline heeft nieuwe schoenen’.

Een kind leert er niets van als jij in derde persoon praat. Het kan alleen maar verwarring brengen bij je jonge kind. Want jij bént de mama, waarom praat mama dan alsof ze over mama praat. Door te praten in de ik-vorm leer je jouw kind dat jij een identiteit bent. Dat jij een persoon bent, de veilige basis van jouw kind. Dat jij de mama bent dat weet je kind wel, want dat voelt hij!

Ook een gastouder of andere betrokkene in de opvoeding kan in derde persoon praten, zonder dat hij of zij het doorheeft. Als je dit niet prettig vind, kun je de ander best zeggen wat je gevoel hierbij is.

Probeer je er eens bewust van te worden hoe je praat tegen je kind, of misschien wel tegen een ander kind. Praat je in derde persoon, en hoe voelt dat voor jou. Een leuk experiment om je bewust te worden van je woordkeuze is om met je partner of vriendin een dag lang in derde persoon te spreken. Dus in de zinnen waar je normaal ‘ik’ gebruikt, benoem je nu jezelf. Kijk eens hoe dat op jou overkomt en hoe dat aanvoelt. Wat doet het met je dat je wordt aangesproken door iemand die in derde persoon praat of dat je tegen een volwassen iemand praat op die manier.

Eigenlijk werkt dat met heel veel dingen zo, praat eens tegen een volwassen iemand zoals je tegen je kind praat. Hoe voelt dat? Wat doet dat met je? En vooral, wat doet dat met de ander.

Bedenk je dat in veel gevallen dat ook zo klinkt voor je kind. Probeer je eens te verplaatsen in de leefwereld van je kind en wat je graag zou willen overbrengen.

Het is belangrijk om tegen je kind te praten zoals je zou willen dat je kind het terug doet. Wil jij dat je kind in derde persoon spreekt, of wil je dat je kind zich bewust wordt van zijn eigen identiteit? Als je dat laatste zou willen, is het goed om die taal over te brengen op je kind.

Ik ben ik en jij bent jij

Wist je dat het praten in derde persoon tegen jezelf wél heel zinvol kan zijn? Het kan je in stressvolle situaties helpen om jezelf toe te spreken. Uit onderzoek blijkt dat het je kan helpen om emoties onder controle te krijgen. Het helpt je om afstand te nemen van de situatie en beter te kunnen handelen.

Hoe je ook praat tegen een kind, zolang je doet wat voor jou goed voelt, doe je het altijd goed!